Het werkboek Stap 1 wordt ook veel gebruikt voor heel jonge kinderen. Dat gaat wel maar het is verre van ideaal. Niet vreemd omdat de stapppenmethode destijds in 1987 opgezet is voor kinderen van 9 jaar en ouder.
De trend is dat kinderen op steeds jongere leeftijd leren schaken. Voor kinderen van ca. 6-8 jaar zijn daarom twee aparte werkboeken verschenen waarbij de opgaven zijn aangepast aan de leeftijdsgroep. Deze werkboeken overlappen natuurlijk ten dele met de gewone eerste stap. Deel 1 loopt tot en met les 6 uit de handleiding, deel 2 begint met mat. (Zie Handleiding voor schaaktrainers)
Wat zijn de verschillen met het gewone werkboek Stap 1?
- Grotere diagrammen
- 6 diagrammen per bladzijde
- Vrijwel geen tekst
- Geen geheugensteunen
- Eenvoudigere opgaven
- Deels andersoortige opgaven
- Geen notatie nodig
- Sommige onderwerpen zijn opgesplitst
- Eddy Sibbing als co-auteur
Lesgevers (en dat zullen vaak ouders zijn) zijn aangewezen op de Handleiding van de eerste stap. In de nieuwe druk staat een extra hoofdstuk over het lesgeven aan jonge kinderen. Verder staat natuurlijk aangegeven wat de de bedoeling is van elke bladzijde uit het werkboek en welke moeilijkheden te verwachten zijn.